Frieda Klein opnieuw betrokken bij moord onderzoek.
Het Britse echtpaar Nicci Gerard en Sean French begonnen na een hele reeks elk op zichzelf staande psychologische thrillers een ambitieus project rond Frieda Klein, een teruggetrokken psychoanalytica in Londen, steeds klaar voor haar patiënten maar met de neiging de werkelijkheid buiten haar eigen bestaan te houden. Dat lukte al niet goed in ‘Blauwe maandag’, de eerste van de acht geprojecteerde Klein-romans, en ook hier wordt Frieda tegen wil en dank in weer betrokken bij een moordzaak. Een sociale helpster bezoekt een mentaal gestoorde vrouw met verzamelwoede en ontdekt daar het lijk van een man die al enkele dagen dood is. De vrouw heeft hem gevonden en bij haar verzamelingen gevoegd. Als zijn identiteit eindelijk ontdekt wordt, blijkt dat de man een ervaren oplichter was die zelfs de identiteit van een dode aannam. Van zwarte humor gesproken! Frieda wordt betrokken bij het onderzoek met heel veel verdachten, maar ze heeft ook haar eigen problemen. Ze heeft moeilijkheden met haar verwarde schoonzus en diens dochter, haar weggelopen echtgenoot neemt weer contact op en ze beleeft een romance met een collega. Erger dan dit alles is dat ze begint te vermoeden dat Deane, de moordende helft van een tweeling die zelfmoord pleegde op het einde van het vorige boek, nog leeft en haar te grazen wil nemen. De dode man bleek een geboren manipulator, en tussendoor lezen we steeds over een jonge vrouw op een verlaten woonboot die misschien een van zijn slachtoffers is, maar tot welk doel? Een trage maar toch intense psychologische thriller vol kleurrijke personages, die de lezer voortdurend op het verkeerde been zet. Ondanks de lengte en het vaak rustig voortkabbelende verhaal verveelt het geen seconde, en voor de ontknopingen halen de auteurs alle troeven boven. Zoals het eerste boek een absolute aanrader, en uitkijken naar de verdere avonturen van Frieda.
Eddy C. Bertin (5)
Het Britse echtpaar Nicci Gerard en Sean French begonnen na een hele reeks elk op zichzelf staande psychologische thrillers een ambitieus project rond Frieda Klein, een teruggetrokken psychoanalytica in Londen, steeds klaar voor haar patiënten maar met de neiging de werkelijkheid buiten haar eigen bestaan te houden. Dat lukte al niet goed in ‘Blauwe maandag’, de eerste van de acht geprojecteerde Klein-romans, en ook hier wordt Frieda tegen wil en dank in weer betrokken bij een moordzaak. Een sociale helpster bezoekt een mentaal gestoorde vrouw met verzamelwoede en ontdekt daar het lijk van een man die al enkele dagen dood is. De vrouw heeft hem gevonden en bij haar verzamelingen gevoegd. Als zijn identiteit eindelijk ontdekt wordt, blijkt dat de man een ervaren oplichter was die zelfs de identiteit van een dode aannam. Van zwarte humor gesproken! Frieda wordt betrokken bij het onderzoek met heel veel verdachten, maar ze heeft ook haar eigen problemen. Ze heeft moeilijkheden met haar verwarde schoonzus en diens dochter, haar weggelopen echtgenoot neemt weer contact op en ze beleeft een romance met een collega. Erger dan dit alles is dat ze begint te vermoeden dat Deane, de moordende helft van een tweeling die zelfmoord pleegde op het einde van het vorige boek, nog leeft en haar te grazen wil nemen. De dode man bleek een geboren manipulator, en tussendoor lezen we steeds over een jonge vrouw op een verlaten woonboot die misschien een van zijn slachtoffers is, maar tot welk doel? Een trage maar toch intense psychologische thriller vol kleurrijke personages, die de lezer voortdurend op het verkeerde been zet. Ondanks de lengte en het vaak rustig voortkabbelende verhaal verveelt het geen seconde, en voor de ontknopingen halen de auteurs alle troeven boven. Zoals het eerste boek een absolute aanrader, en uitkijken naar de verdere avonturen van Frieda.
Eddy C. Bertin (5)