9 duivelse griezelverhalen uit de hel, wel gericht op jongeren van 10+. Dat wordt dan als 69-jarige wel moeilijk om je even terug in te leven in een tienjarige. Toen ik 10 was, geen Geronimo Stilton, geen Elfenheuvel, geen Monster High, wel Casper, the friendly ghost, en een verbod onder 16 om eender welke griezelfilm te gaan zien. Maar kom, het is al enkele jaren geleden maar ik heb ook mijn dosis griezelverhalen voor jongeren gepleegd, dus met open geest het monsterkrocht betreden. Een officiële samensteller wordt niet vermeld, maar ‘met dank aan Nico De Braeckeleer’ doet vermoeden dat hij er wel voor iets tussen zit. Een aantal bekende namen uit de jeugdliteratuur, nu en dan een oudere die er zich ook aan waagt, en enkele onbekenden. We behandelen ze allemaal gelijk. Frank Pollet zorgt voor een weinig verrassend maar wel akelig verhaal over bloeddorstige huisratjes. Johan Deseyn levert een overdosis van de meest bizarre en gruwelijke monsters (dat was te verwachten) in een circus letterlijk van de Hel. Monsters en stripverhalen versmelten samen bij Nico De Braeckeleer, weinig nieuws onder de griezelzon maar leuk. Rob Baetens en zijn feniksvirus bleef voor mij een onbegrijpelijke warboel. Karel Smolders wisselt tussen mythische en realistische griezel met zijn vuurheks, heel vlot en macaber maar het einde is te abrupt en laat de lezer met enkele open vragen. Kris Kowlier en Ronald Verheyen gaan beiden de historische toer op met spokerijen uit het verleden die in het heden opduiken, respectievelijk in Oostende en in Schotland, beide heel keurig en vooral bij Verheyen heel luguber. Ludo Enckels zoekt het in Afrika waarin een getraumatiseerde bloedsoldaat een stam pygmeeën terroriseert. Marina Theunissens doos van Pandora sluit af in mineur: een fletse fantasy over spokerijen en een oude vervloeking in een scoutskamp die nergens overtuigt. Nota hier: de gebruikte naam uit Jungleboek in scoutsmiddens is Mowgli,zoals de eerste keer, en niet Mogwli zoals in de rest van het verhaal! Een gevarieerde bundel, veel monsters en spokerijen, er vallen ook heel wat doden. Enkele verhalen zijn echt macaber en ook voor volwassenen genietbaar, andere vallen dan weer wat flets uit zelfs voor 10-jarigen. Dat is zo met elke bundel: elke lezer zal wel iets vinden naar eigen gading. Mijn eigen favorieten, inzake origineel verhaal, degelijke structuur en sterk griezelgehalte zijn Johan Deseyn, Karel Smolders, Nico De Braeckeleer en Ronald Verheyen, maar de keuze van de jonge lezers zelf kan heel anders zijn! Elke auteur levert een korte en meestal grappige inleiding over zichzelf en zijn oeuvre. De illustraties van Steven Dhondt zijn aangepast aan het monsterthema en best leuk, maar wat simplistisch en repetitief: veel bolle ogen, lange tanden en grote klauwen. O ja, ik vergat de schedels bijna. Schoonheidsfoutje is dat geen pagina’s vermeld worden in de inhoudsopgave. Vlotte, gevarieerde bloemlezing, paar toppers, paar missers, zo gaat dat. Een tweede bundel is trouwens al verschenen, waarover verder meer.
Eddy C. Bertin (3)
Eddy C. Bertin (3)
Originele Titel I Kramat Junior I 2012 I Harde kaft I 248 Blz. I 9789079552832