Thuis was 8 cosmics of ongeveer 100 lichtjaar ver weg, daar ergens in de andere richting, toen Schip zijn Duo wekte. De vertraging was al een volledige periode aan de gang en bijna afgelopen. Naar gewoonte herwon Zij-Duo het eerst het bewustzijn; ze keek nog aarzelend dromerig. De beelden waren vaag, zweverig, ook normaal, tot haar plots de gedachte te binnenschoot: “Dit is de laatste keer.” Schip zei: “Wakker worden Hij-Duo. Er is een planeet van het correcte type vlak voor ons. We zijn er bijna. Jullie hebben genoeg geslapen.”
Duo vroeg: “Is het een G-type? Hoe ziet ze er uit? Heb je meer gegevens?” “Het ziet er goed uit. We hadden geluk. Niemand ging ooit zover in deze spiraal. Er is veel water, misschien teveel. De temperatuur is hoog; het is waarschijnlijk vochtig, maar de atmosfeerdruk en het zuurstofgehalte zijn geschikt. Zuurstof wil minstens zeggen dat er planten zijn. Het is de moeite om te gaan zien of er ander leven, bruikbaar leven, is.” Met perfecte coördinatie namen Zij en Hij de levenskits en de ruimtesfeer. Schip opende de buitenpoort en ze zweefden naar beneden. Spoedig keerden ze terug. Schip had gelijk. Te vochtig en te warm maar misschien geschikt voor aanpassing en zeker geschikt voor een basis. Er waren geen hogere levensvormen met jachtmogelijk- heden. Alle observaties en opmerkingen werden in het geheugen van Schip opgeslagen. Hij-Duo projecteerde even: “Nog een keer?” Zij-Duo reageerde: “Dat was de zogezegd laatste keer. Ik wil naar huis. We vinden toch niets.” Schip antwoordde: “Ons programma is voor maximum 12 Cosmics (150 lichtjaar). We kunnen dus nog verder. Er schijnen veel planeten te zijn in deze spiraal. Laten we nog een sprong doen. Ga maar liggen. We zien het wel.” “Liggen? Waarom eigenlijk? Als Schip de massa en de versnellingskrachten niet kan controleren dan is het toch onmiddellijk Blowie Bang. Het kon maar weinig verschil geven.” Natuurlijk ging Duo toch liggen. Schip projecteerde gesimuleerde massa naar voren en begon te vallen. Zwaartekracht filters hielden het Duo gewicht constant. Spoedig bereikte Schip de lichtsnelheid en de tijd stond stil. 50 lichtjaar verder en ogenschijnlijk slechts een paar periodes later draaide Schip het massa- effect om in de andere richting en de vertraging begon tot de eindstop. “Er is weer een planeet van het goede type vlakbij. Die ziet er ideaal uit. Waarschijnlijk leven genoeg.” Opnieuw ging het naar beneden en Duo keek benieuwd neer op de oceanen en landmassa’s van Sol III. Het leek op thuis; was toch vreemd-dreigend anders. Duo zag de lichten van de grotere steden in het donkere gedeelte. Wat waren die uitgestrekt. Allemaal bijna exclusief tweedimensioneel. Het leek op een sterrenhemel, in het geel dan. Die fel verlichte strepen; kronkelend in alle richtingen waren zeker wegen. Zonde van al die verkwistte ruimte. Bewoners waren er dus, bewust en intelligent, in staat het milieu te veranderen. De ether was vol met stralingen die zichtbare en geluidsignalen overseinden. Duo stemde af, filterde de kakofonie en vroeg Schip om een analyse. Het antwoord was gunstig, maar direct contact was nodig voor correcte evaluatie. Het was relatief eenvoudig om een eenzaam individu te vinden ver genoeg van zijn soortgenoten verwijderd om alle interferentie te vermijden.. De petroleum prospector in Noord-Canada panikeerde toen hij Duo bemerkte aan de rand van de cirkel verlicht door zijn kampvuur. Zijn eerste reflexbeweging was nog om zijn Colt of jachtgeweer te bereiken, maar dan zette hij aan om te gaan lopen. Duo paralyseerde zijn spierbewegingen door de elektrische zenuwimpulsen te storen. Deze man, zoals hij zichzelf noemde, bleek niet in staat om een tegenzet op te voeren. Zijn gedachtepatronen waren vreselijk verward en wild. “Kan niet meer bewegen. Smerige wormen. Mama. Waarom lag dat geweer ook zo ver. God. Waar komt dat ineens vandaan?” Duo dwong de man te kalmeren. “Had hij zijn wapen te pakken gekregen, hij had ons zonder twee keer na te denken omver geschoten.” “Inderdaad”, beaamde zijduo, “zeer agressief. Goed voor de jacht.” “Misschien. Wat zou hij te zeggen hebben?” Hij-Duo schakelde over. “Zijn alle mensen zoals u? Zijn er verschillen?” De prospector gaf er zich geen rekenschap van dat de vragen niet als klanken tot hem kwamen. Verschillen? Natuurlijk waren er verschillen. Blanken, zwarten en de rest. Wat met de vrouwen ! Nelly ! Het was eeuwen geleden dat hij haar nog had gezien. Duo noteerde met genoegen dat liefde en seks inderdaad universeel waren. “Nee, nee? Niet die verschillen. Wie is de meest intelligente mens?” Voor de prospector was dat niet moeilijk, de meest intelligente man die hij kende was ongetwijfeld John Markham, de geo-chemicus die hem al herhaald had geholpen en hem had getoond op wat er moest gelet worden bij het zoeken naar petroleum en andere schatten onder de grond. John leefde dicht bij Seattle in een heuvelachtig, bebost gebied. “Waar woont die John Markham juist? Is het moeilijk om er onopgemerkt bij te komen?” Duo kreeg het antwoord al uit het brein van de prospector vooraleer die aan het formuleren van zijn antwoord toekwam. Als alle mensen maar bij benadering op dit exemplaar leken dan was er niet veel gevaar te vrezen; ook niet veel jachtplezier te verwachten. Na het avondeten ging John Markham nog eens naar zijn bureau voor een uurtje extra, om de dagtaak af te ronden. Toen hij het licht aanknipte zag hij Duo op zijn werktafel zitten. Hij stopte abrupt en keek hen een lange tijd aan, noteerde de apparaten die ze bijhadden en vroeg tenslotte: “De sterren? Sirius of Alpha Centauri?” Hij trachtte om kalm te doen, maar zijn hart klopte wild en de gedachten vlogen door zijn hoofd. Dit betekent sneller dan licht verplaatsing. Hoeveel bewoonde planeten zouden ze hebben, zouden er zijn? Vijandig of niet? Waarom ik? Een test? Gevaarlijk ! Waar zijn mijn golfclubs. Toen begon hij te manoeuvreren in de richting van de golfzak die in de hoek stond. Duo projecteerde: “Wij zouden willen praten. Schrik hoeft u niet te hebben, we doen u niets. Jawel, we komen van de sterren. Die namen Sirius en Alpha Centauri zeggen ons natuurlijk niets. Blijkbaar zijn dat de dichtstbij te vinden sterrensys- temen. Wij komen van veel verder, ongeveer 150 lichtjaren zoals u dat zou formuleren. We zouden meer willen weten over deze planeet. Zou u ook niet willen met ons communiceren, meer willen weten over het heelal?” John ging zitten en vroeg: “Bent u dat met die vliegende schotels?” “Nee, daar hebben we niets mee te maken. Wij komen van dichtbij het centrum van dit universum. Melkweg noemen jullie die. Wij zijn verkenners. Onze opdracht is om contact te leggen met ander leven in het heelal.” John Markham gaf er zich rekenschap van dat ze antwoordden en vragen stelden in zijn hoofd, zonder enig geluid te maken. Het was niet nodig om te praten tegen deze wezens. Hij dacht een vraag, maar stelde al vlug vast dat hij zijn gedachten beter onder controle had als hij ze uitsprak en zei: “U kunt mijn gedachten lezen. Zijn er veel bewoonde planeten? Vond u ons per toeval of heeft u een systeem om bewoonde of bewoonbare planeten te lokaliseren?” “Wij vonden deze planeet maar gedeeltelijk door een toeval. Alle sterren zoals uw zon hebben planeten en ongeveer 1 op 5 heeft de goede temperatuur en zwaartekracht om leven te dragen. Dat doen ze dan ook bijna allemaal, maar meestal in een heel primitieve vorm. Alle leven is gebaseerd op proteïnen, vetten en koolhydraten. De basischemie is overal gelijk, er is geen alternatief, maar de variaties zijn wel oneindig. Er is het probleem van de chiraliteit van sommige biomoleculen, het spiegelbeeld verschil. Ik zie dat u bewust bent van dit probleem. Gelukkig is de chiraliteit van onze en uw biomoleculen dezelfde, anders was u giftig voor ons.” “Zou ik kunnen voedsel zijn voor u? Hoe vreselijk !” “U eet toch ook vlees. Er is minder verschil tussen u en uw vee dan tussen u en ons. Er zijn ook soms teveel zware metalen in de hormonen en vitaminen van sommige soorten om goed te zijn voor ons, maar u bent juist geschikt als voedsel voor ons. Vermits u hierover kan praten, bent u natuurlijk te intelligent om als voedsel te dienen. Dat is de wet.” Welke wet?” “De wet van de planeten aangesloten bij de Federatie. Universeel geldig.” “Dank u wel. U stelt me gerust. Er is dus een Federatie? Nog anderen? Zoals U of zoals wij? Wat zoekt u bij ons en waarom bij mij?” “Dat zijn veel vragen ineens. Een man op prospectie in Canada vertelde ons dat u de meest intelligente mens bent. Exploratie en gegevens verzamelen over deze spiraal van dit universum is onze opdracht Het is beter een enkel persoon te contacteren dan paniek te zaaien door massacontact. Misschien doen we dat later nog, maar alsjeblieft, vertel ons wat over de mens. Hoe zat het in het verleden, hoe deden jullie dat, hoe lang duurde het om tot dit stadium te komen en wat zijn de algemene vooruitzichten. Denk een beetje zonder van de hak op de tak te springen zodat we kunnen volgen.” |
John ging dan maar in gedachten over de prehistorie, evolutie, de dinosauriërs, Egypte, de Romeinen, geo- chemie, oorlog, de middeleeuwen (wat was het moeilijk om niet af te dwalen) de Inca’s, wetenschap, Hitler, de atoombom en de koude oorlog, de ruimtevaart. Duo spoorde hem wat aan
“Jullie waren al op de maan?” Een uur later protesteerde John en zei luidop “Ik vind dat jullie ook wel iets mogen vertellen.” Duo wist al lang hoe het zat. “Wij zijn ontdekkingsreizigers. Ons doel is nieuwe planeten te ontdekken voor kolonisatie, voor nieuwe jachtmogelijkheden voor de Duo-jagers en om nieuwe voedselbronnen te vinden. De verenigde planeten zijn ook altijd geïnteresseerd in het contacteren van nieuwe handelspartners. Zo’n 50.000 jaar geleden zou deze planeet een perfecte vondst geweest zijn, maar nu is jullie intelligentie en het ontwikkelingsniveau daarvoor te hoog. Als voedsel of jachtprooi kan het niet meer en als handelspartner is de aarde nog niet ver genoeg gevorderd.” Duo was zeer open met deze verklaringen en ze zagen wel de angst en de groeiende verontwaardiging van de man. “Je wil toch de waarheid, nee?” John knikte en Duo vervolgde. “Waarschijnlijk wordt deze planeet weer geschikt voor ons binnen afzienbare tijd. De mens vernietigt toch zichzelf. Nee, nee, wij doen niets om dat te versnellen, dat is verboden. Ondenkbaar.” “Dat stelt me weer gerust”, schimpte John, maar zijn twijfel was maar al te duidelijk voor Duo. “Jullie faalden in het ontwikkelen van onsterfelijk- heid en toch hebben jullie al atoomenergie. Naarmate de complexiteit van een maatschappij toeneemt duurt opleiding van de nieuwe individuen steeds langer. Binnenkort duurt het zo lang dat het menselijk individu fysisch al op de terugweg is vooraleer volledig onderwezen te zijn. Daarmee treedt ontmoediging in en worden onderwijs en opvoeding verwaarloosd. Dat is het begin van het einde. Jeugd zonder kennis of leiding is zeer gevaarlijk. Grotere complexiteit zonder intelligente controle leidt tot chaos en zelfvernietiging. Voor onze doeleinden is het best om maar te verdwijnen zonder nog iemand anders te contacteren. Als we terugkomen om te zien hoe het evolueert, dan komen we je weer bezoeken, als je dan nog leeft tenminste. Wij denken dat dit niet het geval zal zijn.. Onze Hoge Raad beslist wel wat er dient te gebeuren met jullie.” John begon luidkeels het Nationale Lied te zingen, de Stars and Stripes, en hij rende naar zijn bureau waar hij een pistool wist liggen in de tweede schuif. Duo reageerde echter gepast en paralyseerde zijn zenuwimpulsen. “Kom, kom John. Een beetje naïef om te denken dat je bij dat pistool zou kunnen, dat je ons kan beletten van rapport uit te brengen over deze planeet. We wisten al lang dat je met dat idee in je hoofd zat. Je methode om onze gedachtelezing te storen is nochtans redelijk efficiënt, maar het kwam te laat. Sorry.” John Markham beloofde stil te zijn en vroeg om de paralyse te stoppen. “OK. Je bent eerder intelligent, je kan ons toch niets doen.” “Wat is dat allemaal over onsterfelijkheid?” vroeg John. “Dat maakt het verschil natuurlijk. Volledige ontwikkeling, maturiteit, stabiliteit, zijn dan allemaal geen probleem meer. Misschien verdien je een kans, je hebt ons goed geholpen. We vertellen je nog wat, alhoewel de Federatie het niet aanbeveelt. Geen interferentie is het motto.” “Niemand gelooft me als ik dat allemaal vertel.”. “Eens waren we zoals jullie en ook op weg naar zelfvernietiging. Atoomenergie, overbevolking, milieupro- blemen, verdeeldheid, oorlog, steeds nieuwe ziekten, noem maar op. Onze wetenschapsmensen ontdekten echter de gedachteoverplanting. Ze vonden hoe gedachten, ervaringen, herinneringen in ons geheugen zijn opgeslagen en hoe dat is over te hevelen naar een ander brein. De volgende stap was eenvoudig. Wij groeien uit eieren buiten het lichaam. Van elk Duo-paar worden een aantal eieren met identieke genetische kenmerken in diepkoeling bewaard. Als onze lichamen oud en versleten raken, gaan we naar de Basis voor de Hernieuwde Geboorte en onze breinen met alles er op en eraan worden overgeheveld in een van die eieren. Als een van ons sterft of zich te oud gaat voelen, gaan we steeds samen naar de Hernieuwde Geboorte. De overgang van de oude naar de nieuwe samenleving is moeilijk geweest; dat was zeer lang geleden, nu hebben we alles redelijk goed en harmonieus onder controle.” Zo sensationeel waren deze ideeën misschien niet, maar het was ongelooflijk dat deze wezens, deze wormen ze waar hadden gemaakt. Ze zaten daar samen sereen voor hem en John vroeg zich af of hij niet droomde en wanneer hij wakker zou worden. Hoe deden die dat met het racisme? Als de andere leden van de Federatie er ook nog verschillend uitzagen. Hun lichamen waren gedeeltelijk bedekt met een soort uniform in flexibel metaal en daaronder zag hij heldergele strepen op een grijswitte donzen ondergrond. Ze hadden grote groene ogen en waren eigenlijk wel mooi. Ze zaten op een kleine zwarte doos die met riemen was vastgemaakt en ze hielden allebei een zwartgekleurd staafje in de hand? In de poot? Of wat was het. Een wapen waarschijnlijk. “John. John... Jullie hebben nog wel een heel lange weg af te leggen. Ja, we zagen, hoorden of voelden het allemaal wat je dacht. Wij zijn dus een Duo-paar en we hebben al meer dan 100 maal een hernieuwde geboorte meegemaakt. Wij zijn meer dan 10.000 van uw jaren oud, maar we hebben een jong lichaam, goede reflexen en de levenslust van de jeugd. Deze Duo-vorm, het optreden als paar is de enige mogelijke met die gedachtetransmissie van ons. Als we naar huis terugkeren zullen we ongeveer 300 jaar ouder zijn dan toen we vertrokken. U kent dat wel met die tijdsfactor bij lichtsnelheden. Dat is echter helemaal geen bezwaar want onze vrienden zijn ook allemaal duizenden jaren oud en we hebben ze lange tijd gekend. Dat is echter allemaal naast de kwestie. Maturiteit en stabiliteit door volledige ontplooiing en volwaardige vorming van iedereen die toegelaten wordt; dat is het. Zolang de mens dat niet bereikt zal het moeilijk zijn om de ondergang te ontlopen. Veel geluk. We hopen dat u zal gereed zijn om de Federatie te vervoegen wanneer we terugkeren en dat u er nog zal zijn. Wij verlangen echt niet om jullie als voedsel en jachttrofeeën te behandelen. Er zijn genoeg voedselplaneten terwijl het aantal soorten dat ver genoeg ontwikkeld is om toe te treden tot de Federatie maar gering in aantal is. Het is omdat u er al zo dicht bij bent en we hopen dat u er in slaagt dat we dit allemaal vertellen.” “Wacht, wacht nog even. Er zijn nog zoveel vragen. Hoe moet het nu. Is er nog overbevolking bij jullie? Toegelaten worden? Hoe vreselijk als het dat is wat ik denk te begrijpen. Wat is het bij jullie? Een dictatuur of democratie?” “Een antwoord op alle vragen is : Noch het een noch het ander. Een ander antwoord is dat je het allemaal vanzelf begrijpt eens dat je ver genoeg gevorderd zal zijn, maar meer kan echt niet. So long zouden jullie zeggen”, en ze zweefden zo door het venster weg. Dit is ongeveer het verhaal van mijn overgrootvader John Markham. Toen hij zijn kruistocht begon voor het bestuderen van de gedachtetransfusie, ESP en andere buitengewone vormen van gedachtelezing, vermelde hij ook het bezoek van twee bizarre ruimtereizigers van uit het centrum van de Melkweg die er eigenlijk als een soort grotere geelgestreepte donswormen uitzagen. Niemand luisterde dus naar hem en zijn intiemste collega’s waren nog de eersten om te stellen dat ze altijd wel geweten hadden dat John niet goed wijs was in zijn bovenkamer. Niemand geloofde hem tenzij natuurlijk het grootste menselijke genie aller tijden, Dr. W. Emerson. Dat behoort nu echter reeds tot de verre geschiedenis maar we zijn allen verzot op deze oude verhalen over de beroemde mensen die ons in zekere zin hebben geschapen zo’n goede 5000 jaar geleden. Ik ben de achterkleinzoon van John Markham en naar hem ben ik ook John genoemd, met het oog op de eventuele terugkeer van Duo. Ik moet dan de rol van John Markham overnemen en het levende bewijs zijn dat we de onsterfelijkheid bereikt hebben. Ik wacht nu al bijna 5000 jaar op het tweede bezoek van Duo. Al die tijd hebben we het huis bij Seattle in eer gehouden omdat ze daar waarschijnlijk wel op afkomen, maar het ziet er naar uit dat we zelf het initiatief in de handen zullen moeten nemen. Duo bewees dat ruimtereizen aan lichtsnelheid mogelijk zijn, ondanks de relativiteitstheorie van Einstein. Dat verklaart de hardnekkigheid van de inspanningen om dat te ontdekken. Er zijn natuurlijk heel wat mensen die denken dat het allemaal destijds uit de duim is gezogen door John Markham en Dr. Emerson om de mensheid te verplichten tot gedachtetransferonderzoek, onsterfelijk- heid en tot samenwerking voor het onderzoek naar de lichtsnelheidverplaatsing. Dat eerste doel werd dan toch maar bereikt en de laatste rapporten van de Hoge Raad kondigen een doorbraak aan voor het tweede. Ik durf bijna niet bekennen toch twijfels te hebben over dat beroemde bezoek van Duo. Maurice Verzele © |